Sinterklaasmosselen, van band tot bord
Gistermiddag was ’t ie er weer: de mossel. Net als Sinterklaas. Want ook die kwam gisteren aan in de haven van het oude kleine stadshart van Purmerend. Zijn intocht is de aanleiding voor onze jaarlijkse familie-mosselmaaltijd aldaar. Altijd fijn er weer te zijn, jong nageslacht te zien rondscharrelen en vertrouwde gezichten weer te zien. Stilstaan bij de herinnering aan de tante (moeder/oma) die er niet meer is en bij een oom die nu echt te oud is om nog te komen, hoort er helaas ook bij.
We zijn redelijk laat, de intocht van de Goedheiligman kunnen we niet meer meemaken. Na de begroetingen komen dan ook al gauw dampende borden met de zwarte knisperende schelpen op tafel. Net als de schalen met salades, brood en sausjes en de glazen met witte wijn. We zoeken een plekje en na het korte toespraakje van de zus van de gastheer, klinken de toost (‘op de gastheer en gastvrouw, op het samenzijn en op hen die er niet meer zijn’) en al gauw het geschraap en getikkel van mosselschelpen op borden.
Deze vrolijke en kleurige gezelligheid contrasteerde erg met de lawaaiige en zwartgrijze omgeving van het bedrijf van de mosselhandelaar in het Zeeuwse Yerseke. Tijdens een ondernemersnetwerkbijeenkomst maakte ik daar een rondleiding mee, kort voor ons familiesamenzijn. Tegen de achtergrond van het zoute water van de Oosterschelde – prachtig uitgesneden door de grote vierkante openstaande schuiven van de schoonmaakhal – werden de mosselen op transportbanden gestort.
We liepen bovenlangs achter onze gids aan, hoewel die nauwelijks verstaanbaar boven het geraas uitkwam. Het maakte niet uit want kijken was leuker: tussen de eindeloze stroom mosselschelpen, kropen en schoven grote en kleine krabben en zeesterren over en door veel glibberig zeewier. Bijvangst die allemaal terug de zee ingaat, zo verstond ik nog net, de mosselschelpen blijven over. Volledig schoongespoeld komen die aan in een rustiger hal waar medewerkers ze sorteren naar grootte. Een inpakmachine verpakt de schelpen vervolgens in de bekende waterdichte plastic bakken die we kopen in de supermarkt. Voor afnemers van grotere hoeveelheden stort de machine de schelpen in juten zakken. Van mosselschip tot juten zak, ik was verbaasd – maar als ik erover nadenk ook weer niet – over dit in wezen simpele proces.
Terug naar Purmerend. Ik schep de borden van mijn tafelgenoten en mij nog eens vol. Het simpele proces bij de mosselhandelaar leidt tot een in wezen eveneens simpele maaltijd. Maar door de dierbare omgeving van de familie in Purmerend is die elke keer weer bijzonder.